vrijdag 20 mei 2016

Wilt u een Facebook drankje bij uw IPHONE telefoonhoesje?

In China gaat alles altijd een beetje anders. Het is een vrij gesloten land en niet alle Westerse merken zijn bekend of toegestaan. Dit leidt soms tot vreemde situaties. Zo had het niet veel gescheeld of je had in Beijing op een terrasje kunnen zitten met een Facebook drankje. Dat ging (helaas?) niet door, maar je kunt nu in ieder geval wel je spullen in een tasje van het merk IPHONE stoppen. Hoe komt dat zo?

Groen licht voor IPHONE hoesjes van Chinese merkhouder

De reden voor de IPHONE-tas is dat een Chinese rechtbank onlangs een claim van Apple tegen het Chinese bedrijf Xintong Tiandi heeft afgewezen inzake het merk IPHONE. Dit Chinese bedrijf vroeg in 2007 het merk IPHONE aan voor lederwaren (tassen en telefoonhoesjes). Het merk werd in 2010 in China verleend en werd vervolgens onderwerp van een rechtszaak op basis van het in 2002 aangevraagde IPHONE merk van Apple.

Apple kreeg bij haar Chinese merkaanvrage voor IPHONE enkel bescherming voor “telefoons”, een (volgens de Chinese rechter) geheel andere productclaim dan de “tassen en telefoonhoesjes” van de Chinese partij. Omdat Apple's iPhone ten tijde van de merkaanvrage van Xintong Tiandi in 2007 nog geen bekend merk was (Apple introduceerde de eerste iPhones in China zelfs pas in 2009), heeft dit tot gevolg dat Apple op dat moment niet “meer” bescherming kon claimen dan bescherming die het merk IPHONE hen toen gaf. Geen bescherming voor telefoonhoesjes dus en daarom geen grond om het merk van de Chinese partij te verbieden.

Een vanuit mijn perspectief opmerkelijke uitspraak aangezien deze wel logisch is, maar toch een beetje wringt…

Waarom dan geen Facebook drankjes in China?

De zaak over het merk FACEBOOK liep beter af voor de Westerse merkhouder. Deze kwestie betreft de aanvraag van het bedrijf Zhongshan Pearl River Drinks voor het merk FACE BOOK voor drankjes. De Chinese rechter was van mening dat het hier ging om een overduidelijke poging om het merk 'Facebook' te kopiëren en daar voordeel uit te trekken. Daarom werd de aanvrage afgewezen.

Dit resultaat werd niet zonder slag of stoot bereikt: Facebook heeft twee keer bezwaar aangetekend tegen de merkaanvrage en beide keren het deksel op de neus gekregen. Uiteindelijk was er een rechter voor nodig om het merk geweigerd te krijgen.

Naar Westerse maatstaven lijkt deze uitspraak logisch. Maar vergeet niet dat er geen Facebook is in China. Slechts een beperkt aantal Chinezen is bekend met het sociale netwerk en dan alleen van horen zeggen. Facebook is in China alleen actief in het werven van Chinese bedrijven die advertenties willen plaatsen op Facebook buiten China. Het is dus slechts "een" merk in China, niet noodzakelijkerwijs een bekend merk. En dan zou je dus kunnen zeggen dat een FACEBOOK merk voor drankjes in China misschien wel naast een identiek merk voor een sociaal netwerk zou kunnen bestaan… Net zoals DOVE chocolade naast DOVE crème bestaat. Maar in dit geval lijkt de Chinese rechter dus ook rekening te houden met de omstandigheden van een merk buiten China, en dat is een positief signaal!

donderdag 19 mei 2016

Komt kloosterbier echt uit een klooster?

Vandaag zag ik een bericht op Boek9.nl over een Amerikaan die de Belgische brouwer AB InBev voor de rechter daagt omdat het bier onder het merk LEFFE niet uit een Belgisch klooster komt, maar in een fabriek wordt gebrouwen. De Amerikaan vindt dat hij vanwege de misleidende verpakking te veel  heeft betaald voor een flesje. De verpakking suggereert volgens hem dat het bier exclusief is en slechts in kleine oplage beschikbaar is . Ook lees ik op internet dat deze meneer een "class action" wil starten door zoveel mogelijk "mede-gedupeerden" te vinden om AB InBev eens een flinke (financiële) poot uit te draaien.

Het is voor Europeanen nog steeds een beetje vreemd om de gedachtegang achter zo'n juridische actie te volgen. Het vragen van financiële compensatie voor een wellicht wat naïeve interpretatie van goede marketing is hier (gelukkig) nog behoorlijk not-done.  Voor mij bevestigt het wel hoe sterk een merknaam en de vormgeving van een verpakking kan zijn als het gaat om het creëren van een bepaald gevoel bij een product: de gotische letters in het merk, de gebruikte boogvorm in het etiket die een kerk of kloosterdak suggereert, de weergave van een kloostertoren en zelfs de gebruikte kleur (verlopend perkament-geel).

Ik ben heel benieuwd of het gecreëerde gevoel bij LEFFE ervoor gaat zorgen dat AB InBev deze rechtszaak in Amerika verliest. Naar mijn idee is het creëren van een bepaald gevoel niet meteen misleiding en in ieder geval geen reden om daar miljoenen schadevergoeding voor de vragen. Op het (Nederlandse) flesje staat niet "gebrouwen in een klooster", maar "gebrouwen voor Brouwerij Leffe".  Ook staat er "resultaat van een eeuwenoude brouwerstraditie". Het recept kan uit het klooster komen, maar het flesje dat je in je hand hebt niet noodzakelijkerwijs. Ik zie geen misleiding in de gebruikte teksten.

Ik vraag me af of die Amerikaan het bier lekker vond of niet. Als het lekker is, dan maakt het toch niet zoveel uit waar het vandaan komt? En als je van mening bent dat het te duur is dan koop je het toch niet?


dinsdag 20 januari 2015

Iemands kind op uw mok

"Koop nu een mok met een afbeelding van het kind van een ander." En: "Kijk gerust even of uw zoon of dochter in de collectie zit." Teksten van de website Koppie Koppie van ontwerper Yuri Veerman en journalist Dimitri Tokmetzis. Ja, het is inderdaad een grap, maar wel één met een serieuze boodschap.

Veerman en Tokmetzis maken duidelijk dat mensen veel beter op moeten letten met wat ze op internet zetten. De foto's zijn afkomstig van Flickr en de fotografen hebben zelf toestemming gegeven dat de foto's van hun kinderen overal voor gebruikt mogen worden.

Op Flickr is het mogelijk om te kiezen voor verschillende licenties waaronder je je foto’s deelt met anderen. Een optie is om helemaal niet toe te staan dat foto's hergebruikt mogen worden, een andere optie is dat dit alleen voor niet-commercieel gebruik mag. De ouders van de kinderen op de mokken hebben er voor gekozen dat de foto's onbeperkt mogen worden gebruikt. De grap van Veerman en Tokmetzis is een duidelijke waarschuwing wat er in een dergelijk geval kan gebeuren.

Lees ook het nieuwsbericht van RTL

donderdag 8 januari 2015

Facebook statement

Op 30 januari 2015 gaan de nieuwe gebruiksvoorwaarden van Facebook in. Zoals al in dit blogbericht van SOLV is aangegeven verandert er eigenlijk niet zo veel voor de gebruiker. Wel is het belangrijk om te beseffen dat wat Facebook bepaalt niet altijd ook wettelijk is toegestaan. Ook Facebook moet zich gewoon aan de wet houden en duidelijk is dat er bij de nieuwe gebruiksvoorwaarden wel wat vragen te stellen zijn. Hoe de gebruiksvoorwaarden van Facebook zich verhouden tot de wet- en regelgeving zal moeten blijken in de toekomst.

Één van de zaken die de aankondiging van de nieuwe voorwaarden door Facebook hebben veroorzaakt is onderstaande "statement" (of varianten daarvan) die iedereen ineens lukraak aan het plaatsen is op zijn Facebookpagina:


Los van alle meningen en feiten rondom de nieuwe voorwaarden, heeft het plaatsen van deze statement totaal geen zin. Juridisch gezien staat hier onzin. Er bestaat geen "Wetboek van Intellectueel Eigendom", de UCC is Amerikaanse wetgeving die niet van toepassing is en het Statuut van Rome gaat over de oprichting van het Internationaal Strafhof voor onder andere genocide en oorlogsmisdadigers.

Niet plaatsen dus, tenzij je voor gek wilt staan!

donderdag 1 januari 2015

Auteursrecht op broncode


Dat er auteursrecht rust op de broncode van software is bekend, maar rechtszaken die specifiek over broncode gaan zijn redelijk schaars. Eind vorig jaar gaf de rechtbank Amsterdam een eindvonnis in een zaak over dit onderwerp.

In de rechtszaak van 29 december 2014 gaat het om de vraag of het bedrijf EverywhereIM inbreuk maakt op het auteursrecht van de eiser op de broncode van voor EverywhereIM ontwikkelde apps, door deze apps te laten updaten door derden. 

Volgens EverywhereIM zijn zij altijd auteursrechthebbende geweest en niet de eiser. Als toelichting stelt EverywhereIM dat men inhoud heeft gegeven aan het creatieve proces achter de ontwikkeling van de apps en dat eiser de broncode slechts in opdracht gemaakt heeft. Bij de publicatie van de apps staat  EverywhereIM als maker vermeld. 

De eiser toont echter screenshots van broncodes van de apps waarop te zien is dat de handelsnaam van de eiser overal in de broncode terugkomt  in een copyright notice, evenals de namen van medewerkers van het bedrijf Sveak, met wie hij samenwerkt. Daarnaast worden er emails tussen partijen overlegd waarin staat dat eiser degene is die de broncodes van de apps schreef en deze als dat nodig was van updates voorzag. 

Op basis van het bewijs van de eiser oordeelt de rechter dat de eiser de broncodes van de apps naar eigen inzicht en eigen ontwerp tot stand heeft gebracht (al dan niet met hulp van medewerkers van Sveak) en dat hem daarom auteursrecht toekomt op de broncode. Dit wordt niet anders, doordat de eiser bij het schrijven van de broncodes op bepaalde onderdelen programmatuur van derden heeft gebruikt, aangezien de wijze waarop hij die programmatuur heeft gerangschikt een nieuw werk in de zin van de Auteurswet oplevert. 

Door deze broncodes te laten aanpassen door derden, schendt EverywhereIM het auteursrecht van de eiser.

Deze rechtszaak maakt duidelijk dat in het geval een bedrijf software door derden laat ontwikkelen, het verstandig is om de rechten van te voren goed te regelen. Een overdracht van het auteursrecht  van de ontwikkelaars aan de opdrachtgever (naast de vormgeving, teksten en het concept dus inclusief de broncode) is aan te raden. En op z'n minst moeten er goede afspraken gemaakt worden over hergebruik en updates van de software.

Lees hier het vonnis